Tuesday, February 06, 2007

J. Bernlef

De schrijver J. Bernlef (pseudoniem voor Hendrik Jan Marsman (14 januari 1937) is een Nederlands schrijver en dichter. Vanaf 2002 publiceert hij onder het pseudoniem Bernlef (zonder de initiaal J.).



Bernlef is geboren in Sint Pancras. Hij debuteerde in 1960 als dichter met Kokkels, en in hetzelfde jaar als prozaïst met Stenen spoelen. Voor Kokkels ontving hij in november 1960 de Reina Prinsen Geerligsprijs. In 1984 werd hij bij het grote publiek bekend met zijn roman Hersenschimmen, waarin hij het dementeringsproces uitvoerig beschrijft vanuit het oogpunt van een dementerende man. De roman werd in 1987 verfilmd door Heddy Honigmann, en in 2006 in bewerking als toneelstuk uitgevoerd door het ro theater, onder regie van Guy Cassiers.

Bernlef heeft ook gepubliceerd onder de pseudoniemen Ronnie Appelman, J. Grauw, Cas den Haan, S. den Haan en Cas de Vries. Het pseudoniem Bernlef is ontleend aan de blinde Friese dichter Bernlef uit de 8e eeuw.

Het boek "Hersenschimmen" (1984)
Hersenschimmen behoort tot de belangrijkste boeken uit de jaren tachtig, wordt inmiddels door honderdduizenden lezers hogelijk gewaardeerd en is in vele talen vertaald. Het is ook een hoogtepunt in het omvangrijke oeuvre van P.C. Hooftprijswinnaar J. Bernlef. Meer dan een boek over dementie is het een verhaal over het trage verval van een bewustzijn. De hoofdpersoon van deze roman, Maarten Klein, is een klassiek personage geworden in de Nederlandse literatuur: als gepensioneerd secretaris van een maritieme organisatie, verhuisd naar Noord-Amerika, lijkt hij van een rustige oude dag te gaan genieten, tot er storingen in zijn brein optreden. Bij volle bewustzijn raakt Maarten afwezig, heeft het gevoel te verdwalen, kan heden en verleden niet meer onderscheiden, verliest zijn greep op de taal, wil plotseling weer naar zijn werk en ziet zijn vrouw voor zijn moeder aan. Maarten leidt kortom aan hersenschimmen. Harold Pinter: 'Maartens verstand lekt weg, centimeter voor centimeter, en vervliegt tenslotte. Bernlefs verslag, van die martelgang, is hevig schrijnend, heel gedurfd.'

Het boek "Boy" (2000)
Het verhaal gaat over de speurtocht van een, Williams Stevens, naar de ware toedracht van de moord op een filmster, Norma ''Polly'' Todd. Men heeft een doofstomme jongen, die ''Boy'' genoemd wordt, in hechtenis genomen. Niemand weet waar Boy vandaan komt. Boy is de gebarentaal of het liplezen niet machtig. Daardoor leeft hij alleen in beelden die voor hem geen verband hebben. Boy bevond zich in een kast in het huis van Norma, toen haar lichaam werd ontdekt. Williams Stevens kan niet geloven dat deze jongen schuldig is en gaat op zoek naar het ware verhaal.

Het boek "De onzichtbare jongen" (2005)
Ze zaten samen op school, twee jongen van 13 in het Amsterdam van de jaren '50. Max Veldman is onderzoeker, die dingen weet waar de meeste jongens niets van begrijpen. Hij wil de onzichtbare wereld van de wind in kaart brengen, haar vastleggen in cijfers en getallen. Zelf wil hij ook het liefst onzichtbaar worden. Max woont samen met zijn vader, die op de cacaofabriek van Blooker aan de Amstel werkt. Dat zijn moeder er na de oorlog vandoor is gegaan met een Canadees, durft hij pas later te bekennen. Wouter van Bakel heeft totaal andere dromen. Hij wil harder lopen dan de wind, de 100 meter onder de 11 seconden. Ook hij leeft zo in een wereld van tijden en cijfers. Door max leert Wouter een andere, wonderbaarlijke werkelijkheid kennen. De bijzondere, hechte vriendschap verwatert als de jongens naar de hbs gaan, en van lieverlee verliezen ze elkaar uit het oog. Pas jaren later, als Wouter revalideert van een spierziekte, ontdekt hij max in een psychiatrische inrichting in de buurt. Dan blijkt ihj de enige persoon te zijn met wie de 'onzichtbare jongen' wil praten. Maar dat er nog een grotere tragedie in Max' familie verborgen wordt gehouden, ontdekt Wouter pas als Max werkelijk onzichtbaar is geworden.

Het boek "Op slot" (2007)
Ze waren vrienden voor het leven geweest, de schilder IJsbrand Blok en de fotograaf Dick Noordeloos, beiden oude mannen nu. Na de plotselinge dood van IJsbrand ontfermt de dochter van de schilder zich over zijn nalatenschap. Ze vindt dat Dick de aangewezen persoon is om de schilderijen van haar vader te fotograferen voor een catalogus bij een overzichtstentoonstelling. Terwijl Dick fotografeert (en zo dagenlang geconfronteerd wordt met IJsbrands verdwenen muze, zijn vrouw Nadia), begint hij langzaam te beseffen welk drama zich in het leven van zijn vriend voltrokken heeft - een drama dat zijn weerslag vond in olieverf op doek. Op slot is niet alleen een schrijnende confrontatie van de kunst met de werkelijkheid, van jeugd met ouderdom, maar ook een ontroerende roman over een gedoemde liefde. Bernlef slaagt er opnieuw in de onvolkomenheid van menselijke relaties bloot te leggen, zonder afbreuk te doen aan de waarde ervan.

2 comments:

Joëlle weblog said...

Ik vind de boeken van Bernlef prachtig. Het laatste boek "Op slot" had ik binnen een dag uit. Hij heeft maar weinig woorden nodig om verschillende emoties op te roepen.

Anonymous said...

Het boek “Hersenschimmen” heb ik gelezen en vond ik erg intrigerend.
Het zette me erg aan het denken over de vergankelijkheid van je geest.

De andere twee boeken moet ik nog lezen.

Kristine